Poolse arbeidsmigranten komen vaak naar Nederland voor de zogenaamde ‘all inclusive’: werk én onderdak. Geregeld door uitzendbureaus. Maar wat gebeurt er als je je baan kwijtraakt?
“Mijn vader denkt dat het goed met me gaat,” zegt de Poolse arbeidsmigrant Daniël (40). “Ik kwam naar Nederland om te werken, maar raakte mijn baan kwijt. Ik kreeg huisvesting via mijn werk, maar dat was vreselijk. We woonden met veel te veel in een klein huis en er werd elke dag veel drank en drugs gebruikt. Nu ben ik mijn baan kwijt en daarom ook mijn onderdak.”
Cijfers
Jaarlijks belanden steeds meer migranten uit Midden- en Oost-Europa op straat. Uit cijfers van Stichting Barka, een hulporganisatie voor dakloze EU-arbeidsmigranten, bleek in 2021 dat er zo’n 2500 tot 3000 arbeidsmigranten op straat leefden. Het ging vooral om mannen uit Polen en Roemenië. Stichting Barka denkt dat de groep in 2022 alleen maar gegroeid is en het mogelijk om 5000 mensen gaat.
Pauluskerk
Daniël is bij de Pauluskerk, de bekende Rotterdamse opvangplek voor daklozen. Het is er druk. Tientallen mensen zitten er aan tafeltjes. Ze kletsen, slapen, kijken filmpjes of eten een boterham. De Poolse Aleksander raakte net als Daniël zijn werk én onderdak kwijt. Hij had zijn sleutelbeen gebroken en kon niet meer werken. “Eerst sprak ik mijn zoon elke dag, maar ik heb al een tijdje geen contact meer. Op straat is mijn rugzak namelijk gestolen, waardoor ik mijn paspoort en telefoon kwijtraakte en nu weinig opties heb.”
Taboe
Volgens Piotr Jackiewicz, maatschappelijk werker voor de EU-migranten in de Pauluskerk, weten de mensen die hier komen vaak weinig af van hun rechten en maken er daarom ook weinig gebruik van. Hulp vragen aan familieleden is taboe. Poolse migranten zijn naar Nederland gegaan om geld te verdienen en terug te sturen naar huis. In de Poolse cultuur heerst veel schaamte rondom falen, weet Piotr. “Daarom durven veel Polen niet terug. Mensen hebben het dan liever zwaar in Nederland.” Lage lonen, krappe huisvesting en lange werkdagen. De uitbuiting is groot, vertellen diverse Poolse arbeidsmigranten. Soms moet je maanden op je salaris wachten en in de tussentijd moet je maar zien te overleven. Maar het ergste is dat zodra je je baan verliest, je ook geen onderdak meer hebt.
“hulp vragen aan familieleden is taboe”
All inclusive
“Poolse arbeidsmigranten komen vaak naar Nederland voor de ‘all inclusive’-deal”, aldus Piotr. Uitzendbureaus gericht op Oost-Europese arbeidsmigranten regelen zowel werk als onderdak. Dit scheelt veel geregel, maar vaak zijn de huren hoog. Je mag niet ergens anders gaan wonen, zelfs wanneer de huur lager is. “Vanaf dit jaar”, zegt Piotr, “mogen uitzendbureaus niet meer zowel werk als huisvesting aanbieden. Zo hopen de overheid het verband tussen ‘baan kwijt = huis kwijt’ te stoppen.”
Drank
Bijna alles in Nederland draait voor de Poolse migranten om werken. “Je verdient niet alleen geld”, zegt een van de jongens, “maar je bent ook bezig en denkt daarom niet aan je problemen.” Over problematisch drug- en drankgebruik wordt liever niet gepraat. Maar het is er wel. “Alcohol dronken ze vaak al in Polen, wanneer ze hier in een uitzichtloze situatie belanden gaat het gebruik verder omhoog”, aldus Piotr. Druggebruik gaat bij sommigen ook omhoog in Nederland, omdat het hier makkelijker te verkrijgen is en omdat het voor afleiding zorgt. Vaak wonen Poolse arbeidsmigranten in een dorp waar weinig te doen is. Piotr: “Alcohol is dan een medicijn tegen verveling, zeker wanneer je huisgenoten ook allemaal dagelijks drinken.”
Wonder
Gelukkig hebben veel van de mensen in de Pauluskerk toch weer even werk gevonden. Piotr: “Het werkseizoen is aangebroken: schilderen, steigers bouwen en de kwekers gaan weer oogsten. Maar we moeten nog kijken hoe dat uitpakt. De arbeidsomstandigheden zijn zo slecht, en sommigen zijn een tijd dakloos geweest en gebruiken nu te veel drank en soms drugs om het werk vol te houden.”
Daniël wacht ondertussen op een wonder: “In de toekomst hoop ik de loterij te winnen, en dan een huis met tuin en garage te kopen, dan kan mijn vader ook zien hoe goed het echt gaat.”